Veluwe Randmeer Mediagroep

De kazerne moet direct na de Nijkerkerbrug verrijzen, op zo’n tweeënhalve kilometer van Nijkerk. Het complex wordt ongeveer 650 hectare groot en biedt straks plek aan ruim 7.000 personeelsleden. Het is daarmee de grootste kazerne van Nederland.

Toezegging in de Tweede Kamer

Tijdens het debat over het Nationaal Programma Ruimte voor Defensie vroeg Tweede Kamerlid Derk Boswijk (CDA) of ook omliggende gemeenten worden betrokken bij de plannen. “Ook als deze gemeenten net aan de andere kant van de provinciegrens liggen, zoals bij de nieuwe kazerne in Flevoland dichtbij Nijkerk?”, aldus Boswijk.

Lees ook: Dit is waarom Defensie kiest voor een megakazerne in Zeewolde 

Staatssecretaris Tuinman antwoordde dat Nijkerk bij de volgende bestuurlijke overleggen over de nieuwe centrale kazerne zal worden betrokken. Ook de VVD, BBB en SGP vroegen in het debat aandacht voor de situatie van Nijkerk.

Impact op de regio

Wethouder Esther Heutink-Wenderich van de gemeente Nijkerk noemt het belangrijk dat Nijkerk wordt meegenomen in het proces. “We willen met Defensie, gemeente Zeewolde en de betrokken provincies samenwerken om tot een goede inpassing van deze grootste kazerne van Nederland te komen”, zegt zij.

Eerder bezochten verschillende Tweede Kamerleden de regio om met lokale bestuurders te spreken over de gevolgen van de komst van de kazerne. Heutink-Wenderich was daarbij aanwezig. Volgens haar lieten de Kamerleden hiermee zien “oog en oor te hebben voor de randvoorwaarden en voorzieningen die in de regio nodig zijn om deze centrale kazerne te kunnen realiseren.”

Vervolgstappen

De bouw van de nieuwe kazerne maakt onderdeel uit van het Nationaal Programma Ruimte voor Defensie. Dat programma moet ervoor zorgen dat Defensie voldoende ruimte krijgt voor oefenterreinen, kazernes en opslag. De plannen voor de kazerne bij Zeewolde bevinden zich nog in de beginfase.

Wanneer de daadwerkelijke bouw begint, is nog niet bekend. Eerst moeten de plannen verder worden uitgewerkt, waarbij de betrokken gemeenten en provincies nu dus gezamenlijk aan tafel komen te zitten.